Indien je (in de toekomst) een kinderwens hebt zijn er meerdere manieren om jouw wens te vervullen. Wat de mogelijkheden zijn, hangt ook af van de vruchtbaarheid van uw eventuele partner. Als je de mogelijkheid wilt behouden om in de toekomst een kind te verwekken met de eigen zaadcellen, dan kan je deze laten invriezen. Welke kansen dat biedt, hangt af van het moment waarop u dit in jouw behandeltraject laat doen:

1) Vóór de hormoonbehandeling

2) Tijdens de hormoonbehandeling

Het is belangrijk dat je de zaadcellen laat invriezen vóór een genitale operatie, omdat dan de testikels worden verwijderd. Door het verwijderen van de testikels word je definitief onvruchtbaar.

Het laten invriezen van de zaadcellen kan je het beste doen voordat de hormoonbehandeling van start gaat. Tijdens de hormoonbehandeling neemt de zaadproductie namelijk af en dat kan blijvend zijn. Er zijn veel factoren die meebepalen of een bevruchting en/of zwangerschap slaagt. Dit is dus niet alleen afhankelijk van de ingevroren zaadcellen. Het kan daarom een ingewikkeld en onzeker proces zijn.

Als u besluit uw zaadcellen in te vriezen tijdens je hormoonbehandeling, moet je de hormoonbehandeling minstens drie maanden stoppen. Meestal komt de zaadproductie dan weer op gang.

Het is belangrijk om je te realiseren dat de baardgroei en het lichaamshaar weer kunnen toenemen door het stoppen met de hormonen. Bovendien is de kans groot dat je stem zwaarder wordt als je vroeg in de puberteit bent gestart met hormoonremmers.

Het Amsterdam UMC geeft hier meer informatie over het invriezen van zaadcellen. Het bewaren van de zaadcellen kost tussen de €100 en €200 per jaar (2022). De prijs wordt jaarlijks vastgesteld door de NZA, de laatste prijzen kan je op hun website vinden. Daarnaast kunnen de kosten per zorginstelling verschillen. De kosten voor het bewaren van zaadcelen moet je zelf betalen.

Sommige mensen kiezen ervoor om een kind te adopteren om een kinderwens te vervullen. Kijk voor de meest actuele informatie voor adopteren vanuit Nederland op Stichting FIOM.

De wet- en regelgeving van het land waar je woont en het land van herkomst van het adoptiekind zijn bepalend. Vanwege culturele verschillen gelden in sommige landen wetten waardoor mensen met genderdysforie en/of andere leden van de LGBTQIA+ community niet in aanmerking komen voor adoptie.